De Geschiedenis en Evolutie van de Kobalt Factor in Kleurkanaries: Een Terugblik

De wereld van vogelkwekers en kleurkanaries heeft door de jaren heen vele opmerkelijke ontdekkingen en mutaties gekend die de basis legden voor nieuwe kleurslagen en variaties binnen de populatie. Een van deze interessante fenomenen is de “kobalt factor,” die voor het eerst werd beschreven door kweker Fr. Heller in het artikel “Kanaries Kweken – Toegevoegde Mutaties” (Vogelvrienden, Deel 2). Dit artikel belicht de intrigerende geschiedenis en evolutie van de kobalt factor, beginnend met de opmerkelijke ontdekking van een afwijkende kleurvariatie bij kleurkanaries.

In 1995 trok een stam kleurkanaries Roodzwart-schimmel, gekweekt door H. Jammers uit de Kempen, de aandacht tijdens het DKB-wereldkampioenschap in Ulm. Deze vogels onderscheidden zich door hun ongewone stompe basiskleur, die werd vergezeld door een opvallende vlekkenpigmentatie die zich tot aan het cloaca-gebied uitstrekte. Dit pigmentpatroon deed denken aan een grauwe schimmelboord, gelijkmatig verdeeld over de gehele hoek van de vogels. Ondanks hun opvallende verschijning behaalden de vogels slechts 26 punten en belandden ze onderaan het klassement. Interessant genoeg kon de kweker, H. Jammers, het afwijkende uiterlijk van sommige van zijn vogels niet verklaren, hoewel alle zwartvogels dezelfde kweek- en voedingswaarden hadden genoten.

De kobalt factor kwam vervolgens in het vizier van K.-W. Weber, een ervaren kweker van zwartrode kanaries. Hij ontving een mannetje uit de collectie van H. Jammers om de mogelijke oorzaak van de afwijking te onderzoeken. Na de rui behield het mannetje zijn bijzondere uiterlijk, wat Weber ertoe bracht te speculeren over een nieuwe mutatie. Ondanks de veelbelovende start stierven sommige van de vogels voordat er verdere kweekexperimenten konden worden uitgevoerd. Desondanks werden in 1997 de eerste “supergeoxideerde” jongen geboren, wat suggereerde dat de kobalt factor zich inderdaad via erfelijkheid manifesteerde.

Gedurende het jaar 1998 boekte Weber aanzienlijk succes in het kweken van meerdere van deze afwijkende, donkere zwartvogels van beide geslachten. Dit bevestigde dat de kobalt factor een nieuwe mutatie was met een vrije/recessieve erfelijkheid. Het succes van deze inspanningen werd in 2001 tentoongesteld op het DKB-wereldkampioenschap in Ulm, waar kweker Weber zijn beste vogels presenteerde aan het brede publiek, in de klasse “nieuwe kweek/mutaties.” Bovendien slaagde Weber erin om de eigenschap van de kobalt factor over te dragen aan zwartgele, zwart-witte en roodbruine kleurkanaries.

Niet alleen beperkt tot één kleurslag, bleek de kobalt factor zich verder te verspreiden naar andere variëteiten van kanaries. In een agaatstam van een collega-kweker bij de lokale vereniging in Heppenheim werden roodagaatvogels ontdekt met een vergelijkbaar extreem dichte en donkere vlekkenpigmentatie tot aan de cloaca, wat normaal gesproken ongebruikelijk is voor agaatvogels. Deze ontdekking suggereerde dat de vererving van de kobalt factor in dit geval ook vrij/recessief was, maar meer onderzoek was nodig om te bepalen of het om dezelfde eigenschap ging als bij de roodzwarte vogels.

In de loop der jaren heeft de kobalt factor zich ontwikkeld van een onverklaarbare afwijking tot een gedefinieerde mutatie die verschillende kleurslagen van kanaries beïnvloedt. De ontdekking en evolutie van deze factor benadrukken het voortdurende en dynamische karakter van genetische veranderingen binnen de wereld van vogelkweek. Terwijl kwekers blijven samenwerken en experimenteren, zal de kobalt factor waarschijnlijk blijven evolueren en nieuwe inzichten bieden in de genetica van kleurkanaries.

Onderstaand enkel de uiterlijk zichtbare kenmerken die deel uitmaken van de “Kobalt-factor”: 1. Waar te nemen is een aanzienlijke toename van de eumelanine opslag in het gevederte, die de vogel krachtiger gepigmenteert laat uitschijnen zonder dat er een verandering van de melanie toon of -zoals bij Onyx- een in een ander door loping van de tekening -en vlakken melanine plaatsvindt. De jonge vogels onderscheiden zich op grond van een hoger zwartaandeel van hun klassiek zwarte nestzusters, en dit reeds bij het uitvliegen. Misschien is het mogelijk in het kort door microscopische onderzoeken een exact uitsluitsel te bekomen in welke veder regio de verhoogde concentratie van het eumelanine zich lokaliseert en hoe het eumelanine-aandeel zich in vergelijk met de klassieke vogels procentueel verhoogt. 2. Naast de melanine maximering valt ook de gelijkmatigheid van de pigmentering over het gehele gevederte tot in de kleinste vederuiteinde op. Ook dit is een duidelijk onderscheid voor de Onyx kanaries, bij dewelke het bijzondere kenmerk juist de afname van de eumelanine dichtheid naar het achterste gedeelte van het lichaam toe is. Reeds na enkele levensdagen laat zich bij de jongen reeds de mutatie kenmerken aan de vergelijkbare donkere vederpennen van de onderbuik. 3. Samen met de verhoogde melanine opstapeling in de verderen ondergaat ook de vetkleur een verandering, doordat ze in vergelijking met de klassieke vogels aan lichtheid! zuiverheid verliest. Men kan zeggen, ze wordt op dat ogenblik van de melanine kleur doortoont. 4. Bij de schimmelvogels verandert de kleur van de schimmel van wit naar grijsgrauw. Bij een Schimmelvogels verandert de kleur van de schimmel van wit naar grijsgrauw. Daardoor treedt bij hen de “kobalt” eigenschap zeer duidelijk op de voorgrond. 5. Tijdens de rui van de “Kobalt” vogels hebben ze een ongewoon ruig verenkleed, hetgeen vermoedelijk met het verhoogde melanine gehalte in het verenkleed samenhangt. Merkwaardig genoeg voelt het verenkleed na de rui zacht en zijdeachtig aan. De kwaliteit van het verenkleed is over het algemeen duidelijk beter dan bij de klassieke Zwartvogels. Omdat de mutatie vrij/recessief vererft, laat ze zich met alle reeds bekende melanine varianten combineren. De “kobalt-factor” heeft alleen bij de Zwartvogels een duidelijke betekenis, waarbij een maximum aan zwarte melanine op de buitenkant van het gehele verenkleed aanwezig is. Wij weten allemaal, dat de oppervlakte pigmentering van onze Zwartvogels maar al te vaak bij de achterste flanken en onderste buikgedeelte sterk afneemt en het gebied om de cloaca in het algemeen lichter van kleur is. Hier zou dus een lichtere plek gesloten kunnen worden. Hetzelfde geldt ook voor de Onyx-kanaries, bij wie de lichtere plekken in het gebied van de flanken en de buik momenteel nog duidelijk ontwikkeld zijn. Bovendien zou het mogelijk moeten zijn om de witte onderbuik van onze Zwart-mozaïeken door het in kruisen van de “kobalt-factor” donkerder te krijgen, hetgeen uit het oogpunt van de optiek zeker een winst zou zijn, omdat de vogel hierdoor in zijn geheel donkerder zou lijken. Verder valt er te denken aan het optimaliseren van het oppervlakte melanine bij de Zwart-mozaïeken met de bruin verdringings factor, die zoals bekend, veroorzaakt wordt door het wegvallen van het phaenomelanine aan de verenrand, een lichte verenzoom vertoont, die aan de vlakke zijde lichter toont dan de klassieke Zwartvogel met een volle melaninedichtheid. ChatGPT

Kenmerken van de Kobalt Factor en Mogelijke Toepassingen

Naast de ontdekking van de kobalt factor en zijn evolutie in de kleurkanariekweek, is het essentieel om de specifieke kenmerken van deze mutatie nader te bekijken. De kobalt factor manifesteert zich op verschillende manieren en heeft invloed op verschillende aspecten van het uiterlijk van de vogels. Hier zijn enkele van de opvallende kenmerken van de kobalt factor, evenals enkele mogelijke toepassingen en implicaties.

1. Verhoogde Eumelanine Opbouw: Een opvallend kenmerk van de kobalt factor is de aanzienlijke toename van eumelanine opslag in het gevederte. Dit resulteert in een intensere pigmentatie zonder een verandering in de melaninetoon of de tekening van de vogels. Zowel jonge als volwassen vogels vertonen een hoger zwartaandeel dan hun niet kobalt nestgenoten. Microscopische onderzoeken zouden kunnen onthullen waar precies deze verhoogde concentratie van eumelanine zich bevindt en hoe deze zich verhoudt tot klassieke vogels.

2. Uniforme Pigmentering: In tegenstelling tot sommige andere mutaties, zoals de Onyx-kanaries, vertonen vogels met de kobalt factor een gelijkmatige pigmentering over het hele verenkleed, tot aan de kleinste veeruiteinden. Deze uniformiteit is een duidelijk contrast met de afnemende eumelaninedichtheid bij Onyx-kanaries naar het achterste deel van het lichaam toe.

3. Verandering in lipochoomkleur: Naast de verhoogde melanine-opslag beïnvloedt de kobalt factor ook de vetkleur van de vogels, waardoor deze een zekere mate van lichtheid en zuiverheid verliest. Dit resulteert in een melanine-achtige kleur van het lipochrooom.

4. Schimmelvogels en “Kobalt” Eigenschap: Bij schimmelvogels manifesteert de kobalt factor zich door de verandering van de kleur van de schimmel van wit naar grijsgrauw. Dit is een opvallende eigenschap die deze vogels onderscheidt van anderen.

5. Ruig Verenkleed en Kwaliteit: Tijdens de rui vertonen vogels met de kobalt factor een ongewoon ruig verenkleed, vermoedelijk als gevolg van het verhoogde melaninegehalte. Opmerkelijk is dat het verenkleed na de rui juist zacht en zijdeachtig aanvoelt. Over het algemeen lijkt de kwaliteit van het verenkleed van deze vogels beter dan die van klassieke zwarte vogels.

De kobalt factor heeft vooral betekenis bij zwarte en bruine vogels, waarbij een maximale melanine-opslag aan de buitenkant van het verenkleed aanwezig is. Deze mutatie biedt mogelijkheden om de pigmentering van zwarte en bruine kanaries te verbeteren en te optimaliseren. Bijvoorbeeld, door de kobalt factor te kruisen met andere melaninevarianten zoals zwartgeel, zwart-wit en roodbruin, kunnen prachtige kleurvariaties ontstaan. Bovendien kunnen kwekers experimenteren met het toepassen van de kobalt factor om het oppervlaktemelanine van kanaries te optimaliseren, zoals bij zwart-mozaïeken met de bruin verdringingsfactor.

Inzicht in de kenmerken van de kobalt factor opent deuren naar nieuwe mogelijkheden voor kleurkanariekwekers. Door te spelen met genetische combinaties en te experimenteren met verschillende kleurslagen, kunnen kwekers nieuwe en unieke variaties creëren die de diversiteit en schoonheid van kleurkanaries verder vergroten. De voortdurende ontdekkingen en toepassingen van de kobalt factor getuigen van de fascinerende en evoluerende wereld van vogelkweek en genetica.