Candida albicans / kropverzuring
Een van de meest voorkomende schimmelachtigen die voor problemen zorgt bij vogels is Candida albicans.
Candida is een gist. Het is een organisme dat uit één cel bestaat, en ze vermenigvuldigen zich door te delen. Bij de juiste omstandigheden kan de hoeveelheid Candida zich in een korte tijd sterk uitbreiden. Candida kan bij gezonde vogels in het spijsverteringskanaal voorkomen. Het is dan een onderdeel van de normale flora. Het evenwicht in de darm kan echter verstoord raken, dit kan bijvoorbeeld gebeuren als de normale darmbacteriën gedood worden door een antibioticakuur. In zo’n geval kan Candida zich ongeremd vermenigvuldigen en ziekte veroorzaken. Bij jonge dieren kan dit ook komen doordat het afweerapparaat nog niet voldoende ontwikkeld is.
Hoe ziek een vogel wordt is afhankelijk van de verdere conditie. De meeste problemen met Candida worden gezien in het spijsverteringskanaal.
Een van de bekendste ziektes waarbij Candida een rol speelt is kropverzuring. Dit wordt het meest gezien bij jonge vogels. Vaak is de krop het enige deel van het spijsverteringskanaal dat aangetast is, maar ook de spier- en kliermaag kunnen aangetast zijn.
Bij een infectie met Candida sterven de cellen van de binnenbekleding van de krop af. Hierdoor ontstaan witte plakkaten van afgestorven slijmvlies. Ook wordt er witachtig tot helder slijm gevormd.
Kropverzuring bij jonge vogels zorgt voor braken, vertraagde kroplediging, sloomheid, niet willen eten en soms kropverstopping. In oudere vogels kan de krop uitgezet zijn en vol met slijm. De plakkaten van afgestorven binnenbekleding kunnen de kroplediging bemoeilijken.
Behalve problemen in de krop kan Candida ook in de bek zitten. Ook hier worden dan witte plakkaten gevormd, bedekt met slijm.
Bij papegaaiachtigen kan Candida ook voor infecties in de luchtwegen zorgen. Vooral na langdurig gebruik van antibiotica (bijvoorbeeld voor een luchtweginfectie veroorzaakt door bacteriën) kan Candida de kop opsteken bij gebrek aan concurrentie.
Besmetting met Candida is bij jonge vogels vaak te wijten aan onvoldoende hygiëne bij de bereiding van papvoeding. In pap die al een tijdje staat kunnen grote hoeveelheden gisten gevonden worden. Ook fruit wat langer ligt kan besmetting veroorzaken.
Diagnose
Vaak zijn de verschijnselen en het verhaal voldoende om een sterke verdenking te hebben. Onder de microscoop kan materiaal bekeken worden dat door middel van een kropswab verkregen is. Na kleuring kunnen de gisten dan gezien worden. Omdat deze normaal in kleine hoeveelheden voorkomen, is het niet 100% bewijzend voor ziekte. Bij kropverzuring worden vaak grote hoeveelheden gisten gezien, die zich aan het vermenigvuldigen zijn.
Behandeling
Dit is met een antischimmelmiddel. Naast het bestrijden van de gistinfectie is het ook erg belangrijk dat er wordt gezocht naar de reden van het ontstaan. Vaak heeft de gist immers pas de kans gekregen om ziekte te veroorzaken nadat de vogel verzwakt is geraakt door een andere oorzaak, zoals een infectie of verkeerde voeding.